Verhalen

75 jaar Boerenbond St.Anthonis

1906 – 1981

De geschiedenis in vogelvlucht.


Dames en Heren,

Bij de viering van het 75 jarig bestaan van de Boerenbond wil ik trachten, U een overzicht te geven van hetgeen in de afgelopen 75 jaar is gebeurd.


Over de oprichting van de Boerenbond zijn geen notulen gemaakt. Het enige wat ik terug gevonden heb, is de datum welke staat bij het verleden der statuten, n.l. 21 december 1906, en een stukje in het Boxmeers Weekblad van 31 maart 1906, door Landbouwkundige Jacq. Timmermans; die als volgt schreef:

Aangaande de oprichting van een afdeling van de N.C.B. (Noord Brabantse Christelijke Boerenbond) te St.Anthonis, kan ik het volgende mededelen: Een zestal boeren namen zaterdag den 17 maart bij v.Tits het initiatief tot het oprichten enen afdeling van de N.C.B. Ze zetten hun namen op papier en gingen ermee naar de pastoor, om deze met hun plan bekend te maken en tevens hem uit te nodigen om op 24 maart de eerste voorlopige vergadering te leiden, om dan definitief tot oprichting over te gaan. Aldus is geschied.

Om 9 uur 's morgens waren een 40-tal belanghebbenden opgekomen, niet tegenstaande weinig publicatie vooraf, bij v.Tits (nu M.Willems) en als afgevaardigde van Zeerw. Heer Pastoor had Kapelaan Hamers de leiding der vergadering op zich genomen. Hij begon met de Chr. Groet, " Geloof zij Jezus Christus" en gaf te kennen het zich een groot voorrecht te mogen rekenen deze vergadering te openen en te leiden. Daarna bracht hij hulde aan de mannen, die er 't initiatief toenamen en wijdde vervolgens uit over het doel der bijeenkomst, n.l. een onderafdeling te stichten van de N.C. B.

Hij constateert met vreugde de gebleken belangstelling. Niet langer mag St.Anthonis verstoken blijven van het enig afdoende middel om het landbouwbedrijf te brengen tot den gewenste bloei en de landbouwer tot verlangde welvaart in alle opzichten. Uw grootste kracht ligt in onderlinge samenwerking, die het zekerst verkregen wordt door aansluiting bij de N.C.B.


Het resultaat der vergadering was dat het voorlopige bestuur werd geconstitueerd als volgt: Voorzitter: Corn.v..Sámbeek, Secr. Penningm: Grad Dekkers, Commissarissen: M.Hendriks, M.Peters en Th.Sweeren.


Staande de vergadering traden een 15-tal leden toe. Aangezien velen reeds aangesloten zijn bij de afdelingen Oploo en Ledeacker konden meerderen niet aanstonds tot toetreding dezer nieuwe afdeling overgaan. Op een nader te bepalen dag zal de eerste Algemene Vergadering worden uitgeschreven. Moge deze nieuwe afdeling van de N.C.B. groeien en bloeien, ondanks verdachtmakingen van minder edelen, aldus het krantenbericht.


Verdere berichten uit de krant waren in: 1908 Eierbond opgericht en in 1909 oprichting Geitenfonds.

De geit was rond de jaren 1900 van levensbelang voor de kleine boer. Een koe was te duur en grond had men te weinig. De geit was de melkkoe voor de keuter. Vanaf 1912 zijn de notulen aanwezig. In dat jaar hebben we een bestuurswisseling. Corn.v.Sambeek treedt af als voorzitter en G.Dekkers, voorheen. secretaris-penningm. wordt voorzitter en Mart.Peters wordt secretaris-penningm. Ook in dat jaar werd het pakhuis gebouwd, aan de noordkant. De grond was van J.v.Dijk, f50,= per 100 rn2.

Door enkele boeren wordt aangeraden het pakhuis te bouwen aan de grintweg, want er zou een tramweg komen door de dorpsstraat en dat was makkelijk voor de aanvoer van grondstoffen. De bouwkosten waren f 1056,= De leden moesten garant staan voor het geld welk geleend werd in Ledeacker bij de Boerenleenbank a 4 %. l02 Leden tekenden voor garant. De totale kosten bedroegen f 2225,= incl. grond. Het bestuur van de Boerenbond kocht zelf de stenen en de pannen. Door de bouw van het pakhuis werd bestuurslid G.Willems-v.Dijk knecht en M.Peters boekhouder. Ant.Derks en Gradus Peters komen het bestuur versterken.

De voornaamste taak van de Boerenbond was op de eerste plaats samen zaken doen, en zo goed mogelijk voor de leden te werken en verder alles in het werk stellen om het dorp leefbaar te houden, want in die jaren zien we ook, dat enkele bestuursleden van de Boerenbond aangewezen werden, om naar de bisschop te gaan en te bepleiten de kapelaan te behouden.


In 1914 was er een bespreking met de leden om te komen tot oprichting van een leenbank. Maar er was geen ambitie, wel een dienstbode-verzekering werd in het leven geroepen. In dat jaar vindt aansluiting plaats bij de Handelsraad. Het voornaamste wat de Boerenbond te doen stond was het malen van graan en breken van lijkoek. Elk jaar werd op de Algemene Vergadering het maalloon vastgesteld, meestal in concurrentie van de van Sambeeks, die een windmolen hadden. Hierover werd vaak ruzie gemaakt en deze ruzie liep zo hoog op, dat in 1914 Pastoor v. Erp bedankte als geestelijk adviseur.

Wat was het geval? 1/3 van de leden riepen buiten het bestuur een vergadering op, om het maalloon in te laten schrijven. Dr. G.Kusters, hoofdambtenaar van de N.C.B. kwam zelf naar St.Anthonis om de vergadering te leiden. In een gloedvolle inleiding wees hij de leden op het feit, dat vroeger de boeren geplunderd, uitgezogen en vertreden werden door handelaren. Door de oprichting van de Boerenbond was hieraan een gedeeltelijk halt toegeroepen. Door de Boerenbond bekleedt de Boerenstand de eerste plaats op de maatschappelijke ladder. Dit is vrij logisch, want niet alleen de boeren, maar ook de klein neringdoenden waren lid. Het mocht niet baten. 62 stemden voor aanbesteding, 37 tegen en 12 blanco. Dit was voor Pastoor van Erp voldoende om af te treden als G.A (Geestelijk adviseur). Jos van Sambeek ging malen voor 16 cent per vat.

De Boerenstand werd in dat jaar ernstig getroffen door grote droogte, ziekte onder de varkens en de dienstplicht.


In 1914 waren er 213 mensen lid van de Boerenbond; 159 werkende leden en 55 contribuerende. Dit waren de neringdoenden. In dat jaar werden 32 telegrammen verzonden, 45 telefoongesprekken gevoerd, 88 aangetekende brieven met geld verzonden, 298 brieven verstuurd en 758 briefkaarten. In 1915 werd de Leenbank toch opgericht en werd gestart met 32 leden. Door de eerste wereldoorlog wordt de in- en uitvoer stilgelegd, behalve de invoer van mais. Ook in dat jaar kreeg de secretaris M. Peters telefoon. Het jaar daarop werd de stierenstal achter het pakhuis gebouwd (zie foto).

Er werden aangeschaft 2 zaaimachines, 1 aardappelmolen en een diepgaande ploeg. Ook in de Spoorlaan 350 te Tilburg hebben we ons aandeel geleverd, in de meest letterlijke zin, want in 1918 werd f 200,= beschikbaar gesteld om stenen te kopen voor het nieuwe N.C.B. gebouw in Tilburg.

Dat St.Anthonis pientere bestuursleden had blijkt uit het feit dat we 3 jaar achter elkaar aangesteld werden om bij de N.C.B. te Tilburg de boeken te controleren.

In 1920 wordt de naam N.C.Boerenbond gewijzigd in R.K.Boerenbond (Rooms Katholieke Boerenbond). De notulen voorheen geschreven met inktpotlood, worden voor de eerste keer met een inktpen geschreven. De bouw van een bondsgebouw word aangenomen met 55 tegen 8 stemmen.

De legendarische woorden van Marten Peters: "Wie heeft er iets op tegen dat we een bondsgebouw bouwen, zo niet dan beginnen we morgen," zijn dus wel wat overtrokken. Dat de bouw snel uitgevoerd is blijkt uit het feit dat op 28 januari besloten werd tot de bouw, en dat op 14 augustus de bouw ingezegend wordt door Pastoor v.Erp. Het buffet werd van jaar tot jaar verpacht, de eerste keer voor f 10,= aan Kinderen Kaal.

In dat jaar werd de molen en pakhuis aan de Peelkant gekocht voor f 9.000,= Ook een ijzeren egge werd aangeschaft. In 1921 werd het 25 jarig bestaan van de N.C.B. in Den Bosch gevierd. Met de tram (extra aangevraagd) gaan ca 30 leden en de harmonie naar Den Bosch om dit jubileum luister bij te zetten. De tram ging via Maashees, Nijmegen en Den Bosch. In Den Bosch waren 55 muziekkorpsen en ongeveer 20.000 boeren aanwezig.


In 1922 werd de Jonge Boerenstand opgericht. In dat jaar werd ook goedgekeurd een Landbouwschool te stichten. Het bondsgebouw werd verbouwd in 2 leslokalen, een directiekamertje en 1 spoelkamertje. Meester Sprenkels komt naar St.Anthonis en wordt benoemd als Hoofd van de Landbouwschool. Op 2 juni 1922 wordt de Landbouwschool officieel en plechtig geopend met 65 leerlingen. Met Meester Sprenkels komst, was ook de Boerenbond meteen voorzien van een Adviseur, die op de vergaderingen met de boeren discussieerde en hen aanwijzingen gaf bij de teelt van de gewassen. De eerste adviezen waren: Door de vele aardappelziektes werd door hem geadviseerd goed pootgoed te kopen. Emeltenbestrijding met parijsgroen, teelt van rogge, bestrijding rogbloem of korenbloem, teelt stoppelwortelen, bemesting. pH van de grond, werden door hem behandeld.


In 1924 kwam door toedoen van de Jonge Boerenstand een leesbibliotheek tot stand. Dit om tot zelfstudie en ontwikkeling te komen. Wat nu in Nederland onmogelijk is zelf te regelen, kon toen gedaan worden in het Land van Cuyk. Besloten werd om in het Land van Cuyk géén zomertijd in te voeren .


In 1924 was de omzet op het pakhuis 2,6 miljoen kg voor f 210.333,40. Op het maalloon was een winst gemaakt van f 1352,=. Er werd 20% op het maalloon terug betaald. De voornaamste artikelen welke werden verkocht waren: thomasslakken, kaimiet, chili, kalk, lijnkoek, mais en wat brandstoffen . Door toedoen van Meester Sprenkels werden melkcursussen en proefvelden georganiseerd. Dit was dan in handen van de Jonge Boerenstand.


In 1925 is de grote ramp te  Langenboom (zie foto). Per fiets gaan allen helpen, zij die geen fiets hebben worden met paard en wagen vervoerd. Er is een collecte in de Kerk voor de daklozen. De varkens werden aangetast door vlekziekte en er komt een belasting op fietsen. Van invloed was ook de watersnood op de Boerenstand. Onder invloed van de Boerenbond en de Kerkelijke overheid werd het 7e  leerjaar in het leven geroepen, om degenen die niet naar de Landbouwschool konden, toch een bepaalde ontwikkeling mee te geven.


In 1927 veranderde in St.Anthonis veel. Er werd een nieuwe vicarie gebouwd. Meester Sprenkels komt in de oude vicarie. De Boerenbond krijgt een nieuwe G.A. In de persoon van Pastoor van Delft, die de leden zijn zorg uitspreekt over de toekomst van de kinderen. Ook de vrouwen hebben in de loop der jaren behoefte aan meer verenigingsleven. Met behulp van de Boerenbond werd de Boerinnenbond opgericht. Er werd een nieuwe Landbouwschool gebouwd aan de perdshemel. Het bondsgebouw dat voorheen als vergaderlokaal en daarna als Landbouwschool dienst deed, werd te klein en men had dit gebouw weer graag terug als vergaderlokaal. De bouwkosten f 12.000,= Er volgde een snel besluit tot bouwing. De Boerenbond blijft eigenaar en ontvangt daarvoor huur n.l. f 800,= per jaar.


Door de komst van Burgemeester Goossens en Pastoor van Delft kregen we krachtige leiders met veel nieuwe ideeën. Wees Pastoor v. Delft in de Algemene Vergadering op eenheid onder de leden en het beleven van het Kwaaimeer. 180 ha heide: om de jonge boeren gelegenheid te geven een bedrijf te beginnen. In het Kwaaimeer, nu de Stichting, kwamen nieuwe boerderijen, welke verhuurd werden. De eerste 3 jaar was geen huur verschuldingd.


Met de bouw van een Huishoudschool in 1928, met mej. Hoenselaar als directrice, door de N.C.B. te Tilburg gesticht, werd St.Anthonis een streekcentrum, waar generaties boeren de aanzet kregen voor een vakbekwaam ondernemerschap. Landbouwtentoonstellingen, fokpaardendagen, fokveedagen en gewassenwedstrijden breiden de vakkennis verder uit.

E.Maassen volgde M.Peters op als bestuurslid en H.Peters volgde zijn vader op als zaakvoerder.Een rupsenplaag was het laatste wat te melden is over de twintiger jaren. De dertiger jaren stonden in het teken van algehele malaise. Het zilveren bestaansfeest werd om die reden niet gevierd. Het bondsgebouw werd bestormt door de landstorm. De provincie stelt f 100.000,= beschikbaar om de boeren nog wat toe te steken, uiteraard alleen in natura.


De windmolen (zie foto) wordt in 1931 afgebroken, doch de boer hij ploegde voort. Het ledental was gestegen tot 233. P.Wientjes neemt de plaats in van Toon Derks.

Per 1 jan. 1933 werd P.v.Sambeek benoemd als Zaakvoerder en als Secr. Boerenbond. Meester Sprenkels wijst de boeren op spoorelementen gebruik, humusgehalte grond en grondonderzoek. Pastoor v.Delft, met zijn vooruitziende blik, wijst de leden op het gele gevaar, doelend op de chinezen. “We beleven donkere dagen,” aldus G.A. "De wereld is een grote chaos, vele zijn vervallen tot egoïsme. Men wil liberaal zijn, zelfs heidens. Voor ons, Katholieken is het niet slecht, als er maar vastgehouden wordt aan ons geloof."


In 1937 krijgen we een nieuw vaandel, welk was toegezegd bij het zilveren feest in 1931. Pastoor v.Delft legt de symboliek van de kleuren uit: De zon laat haar stralen spiegelen op de aarde om wasdom te geven. De ploeg en de boer zijn er om de grond te bewerken. Gruce et Aratro (zie foto). Geen mens op aarde staat nauwer in verband met de schepping als de boer, die het zaad uitzaait wat de schepper laat ontkiemen tot rijke oogst; achter die vaandel moeten wij ons allen scharen, aldus Pastoor v. Delft. Het vaandel in gemaakt door de Zusters in Stevensbeek.

Mond - en klauwzeer onder het vee slaat toe en de aardappelen worden voor het eerst aangetast door een nieuwe kever; de coloradokever.


In 1939 wordt wegens de mobilisatie het Bondsgebouw bezet. Doordat eiwitrijke producten niet meer ingevoerd mogen worden wijst Meester Sprenkels op het telen van rode klaver, wikken, serakella, om zodoende aan zelf-service te doen. Ook het bouwen van silo's komt op gang, om zodoende wintervoorraad te hebben. Voordat de oorlog uitbreekt wordt nog opgericht het F.B.C.-fonds. De standsorganisaties worden door de bezetter verboden, zodat ook de Boerenbond onderduikt.

Op 5 mei 1945 hebben we weer de eerste vergadering van de Boerenbond. Pastoor v. Delft leidt de vergadering en zegt: "De Landstand en de N.S.B. (Nationaal Socialistische Beweging)  hebben wel de Boerenbond verboden maar niet aangetast, er is achter de schermen doorgewerkt. De toekomst ligt weer open. Principiële belangenbehartiging in een sterke organisatie dat is wat te doen staat”. Maar toch wijst hij op de bevrijdingsdag al weer op een nieuw gevaar dat op de loer ligt: het communisme. Het hele bestuur treedt af. G.Dekkers was 39 jaar bestuurslid-voorzitter geweest.

Het nieuwe bestuur bestond uit: J.Teunissen, voorzitter J.Hoenselaar, vice-voorz. J.v.d.Berg, Arn.Teunissen en Joh.Wientjes, bestuursleden. P.v.Sambeek blijft Secr. penningmeester.

Het verenigingsleven komt langzaam op gang. Het jonge-boeren vraagstuk ligt voor ons. G.A. spoort de ouders aan de jongens de ambachtsschool te laten volgen of ander onderwijs: Mulo- H.B.S. .

In 1950 wordt het bondsgebouw overgedragen aan het kerkbestuur voor f 1,=. In 1952 volgt het Rechtsherstel. De C.A.V. (Coöperatieve Aan- en verkoop Verenigingen) was opgericht in 1942 en blijft het zakelijk deel behartigen. De Boerenbond behartigt de sociaal en godsdienstige belangen van de leden. Door de industrie komen de belangen in het dorp anders te liggen.

In 1954 wordt de eerste Gezinsdag gehouden en tevens de eerste oogstdankgave ingezameld. In 1956 nemen we afscheid van Pastoor v. Delft en op 21 december 1956, precies 50 jaar na de oprichting van de Boerenbond verwelkomen we Pastoor Kerssemakers.

In de jaren 1957-1958 verandert er veel in St.Anthonis. Er komt een nieuwe Landbouwschool, Huishoudschool, nieuwe C.A.V. en gebouwen met graansilo's en een Rabobank. Het gaat de boeren goed. De inkomsten stijgen, de veredeling neemt sterk toe.Meester Sprenkels gaat met pensioen en de Heer Raaymakers volgt hem op en wordt de nieuwe adviseur voor de Boerenbond als contactpersoon tussen N.C.B. en afdelingen.


De Boerenbond kreeg meer andere taken op de schouders gelegd. Men ging zich bezig houden met Bezinningsdagen in St.Agatha en Uden, in de gemeentepolitiek met boerenlijst, stichting van diepvrieskluizen en gezamelijke reizen organiseren met de C.A.V. Reizen naar de haven in Rotterdam, openlucht museum in Arnhem, boottocht Harderwijk, kalkgroeven in Z-Limburg liggen velen nog vers in het geheugen. 2 Dagen met 3 bussen beladen, met gesmeerde broodjes, verzorgd door de Boerinnenbond, ging men elk jaar op pad. Toch bleven we niet gespaard van rampen.

In 1962 brak mond- klauwzeer uit, welke 2 jaar bleef heersen.


In 1963 treden A.Teunissen en Joh.Wientjes af en komen M. Derks en P.Hendriks in het bestuur.

In 1967 komt Pastoor v. Haren en wordt de nieuwe G.A. In 1967 bedankt P.v. Sambeek als secr.penningmeester, na 33 jaar deze functie te hebben vervuld. H .v. Sambeek volgt zijn vader op .

In 1968 komt Minister Mansholt met zijn plannen op de proppen, om de kleine bedrijven samen te voegen. Dit is echter niet nodig, want de landbouw is zich zelf aan het saneren. Het aantal leerlingen aan de Landbouwschool daalt drastisch. Oorzaak hiervan is de welvaart onder de niet-boeren en de hoge investeringen schrikken veel jonge boeren af.

In 1970 treedt J.Teunissen terug als voorzitter, welke taak hij bijna 25 jaar heeft vervuld, waarvoor de N.C.B. hem de gouden N.C.B. speld toekent. Ook J.v.d.Berg en J.Hoenselaar treden af als bestuursleden. H.v.Schijndel, Joh. Raaymakers en G.Wientjes nemen hun plaats in en M.Derks wordt de nieuwe voorzitter.


In 1972 wordt de Studieclub Rundveehouderij opgericht . Inmiddels is de voorbereidingscommissie Ruilverkaveling Gemeente Oploo benoemd. Door de slechte verhouding is er behoefte aan nieuwe verkaveling, terwijl ook de weg- waterlopen grondig herzien dienen te worden. Hoe zag het er uit in dit verkavelingsgebied? 37% van de bedrijven had 10-15 ha, 14% van de bedrijven had 15-25 ha, terwijl 49% minder dan 10 ha bezat. Van alle bedrijven had 50% 6 of meer kavels .

In 1974 neemt J.v.Wanroy de plaats in van Joh.Raaymakers, die door een veranderde werkkring zijn plaats meende te moeten vrijmaken.

In dat jaar kennen we ook de grote protesten tegen het landbouwbeleid en milieugroepen steken de kop op. Zij zullen eens komen vertellen wat mag en wat niet mag. Enigzijds wijzigen in enkele zaken is goed, maar dat mag niet te ver gaan. In 1976 kennen we de hete warme zomer. De omvang van de veestapel eist gezamelijke inkoop van voerstro .


Ook in 1976 werd de maisbank opgericht. Dit om een betere verdeling te krijgen in vraag en aanbod en een juiste prijs vast te stellen .

In 1978 volgt Pastoor Verhoeven Pastoor v. Haren op als G.A., terwijl J. Sommers de plaats van P.Hendriks in komt nemen. Inmiddels zijn we aangeland in de jaren '80. De ruil verkaveling staat in zijn eindfase. Een nieuw plan "Bestemmingsplan Buitengebied" is in voorbereiding. Het ledental is teruggelopen tot 147, maar nog steeds bevredigend.

Terugziend op de afgelopen 75 jaar kunnen we zeggen, dat de Boerenbond heeft beantwoord aan de gestelde eisen van de stichter, Pater Gerlachus van den Elzen (zie foto). n.l. een krachtige organisatie werkend in belang van de Boerenstand.


Onze Boerenbond heeft veel markante figuren gekend die hun stempel gedrukt hebben op de Boerenstand in St.Anthonis.

We denken vandaag terug aan alle pioniers, Mart.Peters, Grad Dekkers, Burgemeester Goossens, Past. v.Delft, P.v.Sambeek, J.Teunissen maar ook vooral aan Meester Sprenkels. We gaan op naar het eeuwfeest. Veel staat ons nog te doen, maar met Gods hulp en zegen zal ook in de toekomst de Boerenbond een belangrijke plaats blijven innemen in onze gemeenschap . Dank u wel.